Tunisch haken: Tricotsteek - In les 2 van de vijfdelige cursus Tunisch Haken gaan we aan de slag met een nieuwe steek! Na het succes van vorige week hebben we er alle vertrouwen in dat we ook deze week perfect gehaakte lapjes voorbij zien gaan komen. Deze week gaan we aan de slag met de tunische tricotsteek. Lees snel verder voor de uitleg!
In deze tweede les gaan we aan de slag met de tunisch gehaakte tricotsteek. Het duidelijke v-tjes patroon lijkt op de bekende gebreide tricotsteek, vandaar de herkenbare naam. Annemarie legt stap-voor-stap uit hoe de steek in elkaar zit en hoe je de volgende vlaggetjes van de slinger haakt. Het patroon wordt ondersteund met een video en een uitgebreide beschrijving.
Leuke weetjes over de tunische tricotsteek
- De eerste twee toeren van deze steek zijn gelijk aan de tunische basissteek.
- De laatste steek wordt bij deze steek altijd gehaakt zoals bij de tunische basissteek. Hierdoor blijft je haakwerk aan de linkerzijde van het werk ook mooi recht.
- De tunische tricotsteek lijkt op de gebreide tricotsteek. Je kunt er ook heel makkelijk patronen op mazen.
- De tunische tricotsteek geeft een stevig haakwerk. Vaak gebruik je een grotere haaknaald dan aangegeven op het garen.
- De tunische tricotsteek is een compacte steek. Om eenzelfde formaat vlaggetje te haken als bij de tunische basissteek, haken we 10 toeren meer.
- Bij tunisch haken is het fijn om garen te gebruiken waarvan de draad niet snel splijt.
Wat heb je nodig?
Tunisch haakpatroon tricotsteek:
Start met een ketting van 14 lossen.
Wil je de slinger maken zoals wij die hebben gemaakt? Haak dan 2 vlaggetjes in de tricotsteek:
1ste lapje: basiskleur 86 en het randje kleur 75
2de lapje: basiskleur 58 en het randje kleur 78
1ste toer :
Steek nu de haaknaald in de 2de losse vanaf de haaknaald. Om te bepalen wat nu de 2de losse is, kun je kijken waar je werkdraad uit komt. De losse waar je werkdraad uit
komt, die sla je over, de eerst volgende is de 2de losse vanaf de haaknaald. Steek in, maak een omslag met de haaknaald en neem de draad mee door de steek. Laat de omslag op je haaknaald staan. Je hebt nu 2 lussen op je haaknaald. * Steek in de volgende losse, maak een omslag met de haaknaald en neem de draad mee door de steek. Laat de omslag op je haaknaald staan *. Herhaal *tot*, tot het einde van de toer. In totaal heb je nu 14 lussen op je haaknaald staan.
2de toer:
Maak een omslag en haal de omslag door 1 lus op je haaknaald. * Maak een omslag en haal door 2 lussen op de haaknaald*. Herhaal *tot*, tot het einde van de toer tot je weer 1 lus op je haaknaald hebt staan.
3de toer:
Als je nu naar je steken kijkt zie je dat er allemaal verticale streepjes zijn ontstaan. Als je goed kijkt zie je dat de verticale streepjes een soort lusjes zijn. Steek je haaknaald van rechts naar links door het lusje naar de andere zijde van het lapje. Maak een omslag en haal de omslag door de steek heen. Je hebt nu een tweede lus op je haaknaald. Doe dit bij alle verticale streepjes, tot je bij het laatste verticale streepje komt. Deze haak zoals bij de tunische basisteek. Door de laatste steek op deze manier in te steken, blijft je haakwerk aan de linkerzijde ook mooi recht.
4de toer:
Herhaal toer 2.
Om je lapje groter te haken wissel je toer 3 en 4 steeds af.
Voor ons vlaggetje voor deze cursus haken we in totaal 38 toeren.
39ste toer:
Als je nu naar je steken kijkt zie je dat er allemaal verticale streepjes zijn ontstaan.
Sla het eerste verticale streepje over. Steek je haaknaald aan de voorzijde van het lapje van de rechterzijde onder het 2de verticale streepje door. Maak een omslag en haal de omslag on het streepje door gelijk door de lus op je haaknaald. Je houdt 1 lus op je haaknaald. Herhaal dit tot het einde van de toer en haal de einddraad door de laatste lus op je haaknaald om af te sluiten.
Heb je les 1 van vorige week gemist? Bekijk hier de eerste les met de tunische basissteek. Of ga verder met les 3; de tunische rechte steek.